• Strepen op Jupitermaan Europa zeezout?
    16 mei 2015 - NASA

    Laboratoriumonderzoeken wijzen uit dat het donkere materiaal in de directe omgeving van scheuren en breuklijnen in het oppervlakte-ijs van Europa waarschijnlijk verkleurd zeezout is. Door de sterke straling van Jupiter is dit zeezout vervolgens van kleur veranderd van licht naar donker.

    Het oppervlak (-173 graden Celsius) van Europa bestaat vrijwel geheel uit ijs, maar daaronder verbergt zich een tientallen kilometers diepe oceaan van vloeibaar water. Barsten en scheuren in het ijs wijzen op het bestaan van tektonische krachten, vermoedelijk veroorzaakt door de getijdenwerking van Jupiter. Het is niet bekend hoe dik de ijskorst is.

    NASA-onderzoekers hebben nu ontdekt dat wit zeezout, natriumchloride, donker kleurt wanneer het lang wordt blootgesteld aan energierijke elektrisch geladen deeltjes, zoals die ook door Jupiter op het oppervlak van Europa terecht komen.

    Het spectrum (afdruk in licht) van het bestraalde zout uit het onderzoek komt overeen met dat van het donkere materiaal op Europa. De onderzoeken bevestigen het vermoeden dat de ondergrondse oceaan van Europa inderdaad zout is en dat er regelmatig contact is tussen de oceaan en het oppervlak. Dat is weer van belangrijk over het mogelijke bestaan van micro-organismen in de oceaan van Europa.

  • Io, vulkanische maan
    7 mei 2015 - NASA

    Astronomen hebben met de Large Binocular Telescope (LBT) in de Amerikaanse staat Arizona details gezien in een lavameer op Io. Io is één van de vier grootste manen van Jupiter en is iets groter dan onze maan.

    In 1979 vloog de Voyager 1 langs Jupiter. Op de eerste gedetailleerde foto’s van Io zagen astronomen een groot vulkanische meer.

    Dit 202 kilometer brede lavameer werd Loki Patera (patera betekent depressie) genoemd, het meer is lastig vanaf de aarde waar te nemen, omdat Jupiter ongeveer 600 miljoen kilometer van de aarde verwijderd is.

    De Large Binocular Telescope (sinds 2010) is echter krachtig genoeg om het meer in infrarood te onderzoeken. Deze telescoop heeft twee 8,4 meter brede spiegels, die op een afstand van zes meter van elkaar zijn geplaatst, waardoor dezelfde scherpte wordt bereikt als met één spiegel van 22,8 meter (interferometrie-techniek).

    In het lavameer Loki patera zijn veranderlijke hete plekken ontdekt. Dit zijn waarschijnlijk plaatsen waar deels gestolde lava het meer in zakt. Twee van de hete plekken komen qua locatie overeen met een uitbarsting die daar enkele maanden eerder plaatsvond.

    De bovenste foto is gemaakt door de LBT. De donkerrode vlek is het lavameer Loki. De missie van LBT is het zoeken naar planeten rondom nabije sterren. Ook zal deze telescoop stofschijven fotograferen. De onderste is een satellietopname van Io gemaakt door Galileo (en Voyager 1 en 2), de groene cirkels zijn vulkanen.

  • MESSENGER missie eindigt
    29 april 2015 - NASA

    Op 30 april krijgt Mercurius er een krater bij, maar dit is vanaf de aarde niet te zien. Dan stort de ruimtesatelliet van de NASA, MESSENGER, met veertienduizend kilometer per uur op Mercurius neer.

    Vier jaar draaide de satelliet langgerekte ellipsen rond Mercurius. In die tijd verzamelde MESSENGER ruim 10 terabyte aan gegevens.

    Mercurius staat het dichtst bij de zon (afstand tussen de 46 en 70 miljoen kilometer), uit gegevens blijkt dat de planeet een oppervlaktetemperatuur heeft tot 400 graden, rijk is aan snel verdampende verbindingen als zwavel en zelfs andere organische stoffen.

    Vulkanisme speelde in het verleden een belangrijke rol, op opnamen zijn duidelijk grote, uitgevloeide en gestolde lavastromen te zien. Sinds die roerige vulkanische tijd is Mercurius al stollend ongeveer 14 kilometer in doorsnede gekrompen. Dit is te zien aan de duidelijke krimprimpels aan het oppervlak.

    Raadselachtige afzettingen bij de noord- en zuidpool bleken deels uit waterijs te bestaan. MESSENGER bracht ook de ijle atmosfeer van zuurstof, natrium en waterstof in kaart, net als de slecht begrepen elektrische stromen door het oppervlak van de planeet.

    Verrassend was de ontdekking van het asymmetrische Mercurius-magneetveld, met het centrum ver naast de draai-as. Hoe deze scheve dynamo in het vloeibare binnenste van Mercurius werkt is nog onduidelijk.

    Voor 2017 plannen ESA en JAXA de lancering van een dubbele Mercurius-satelliet, BepiColombo.

  • Enceladus omringt door ijsslierten
    24 april 2015 - NASA

    Uit computeronderzoek blijkt dat de lange, ijle slierten om Enceladus worden gevormd door deeltjes van de ijsfonteinen uit het inwendige van Enceladus.

    De ijsfonteinen (op het zuidelijk halfrond) zijn in 2005 ontdekt door Cassini. Ze bestaan uit een mengsel van waterijsdeeltjes, waterdamp en eenvoudige organische verbindingen.

    Onderzoekers hadden al een vermoeden dat de slierten, die zich over afstanden van tienduizenden kilometers uitstrekken, door de ijsfonteinen werden veroorzaakt, maar nu is dit bevestigd door het computeronderzoek.

    Cassini maakte met zijn camera vanuit een bepaalde lichtinval opnamen van de ijsslierten. De deeltjes zijn enkele tienduizendsten van een millimeter groot. Daarmee komt de grootte van de deeltjes overeen met die van de deeltjes in de E-ring van Saturnus – de ijle ring waarbinnen Enceladus om Saturnus draait. Ook het bestaan van de E-ring is aan de ijsfonteinen van Enceladus te danken.

  • Curiosity legt afstand van 10 kilometer af
    18 april 2015 - NASA

    De groene stip geeft de afstand op 16 april 2015 van 10 kilometer aan, die Curiosity tot nu toe op Mars heeft afgelegd.

    De opname laat een oppervlakte aan van ongeveer 2 vierkante kilometer zien.

    Curiosity rijdt nu door lage valleien van Pahrump Hills naar zijn volgende onderzoeksbestemming Logan Pass.

    Op de route boven rechts, bevond Curiosity zich midden juli 2014.

  • Cassini maakt nieuwe opname van Saturnusmaan Iapetus
    15 april 2015 - NASA

    Het is de tweede flyby langs Saturnusmaan Iapetus (doorsnede 1471 kilometer) sinds 2011, waarbij Cassini dicht langs Iapetus vliegt, op een afstand van ongeveer 1 miljoen kilometer. Het lichte deel op de opname is het noordpoolgebied van Iapetus.

    De flybys, die dit jaar op het programma staan, is een volgende fase in het Cassini-onderzoek van Saturnus en zijn manen. Het afgelopen paar jaar bewoog Cassini zich in een steile omloopbaan, voornamelijk over de polen van Saturnus, waardoor de flybys langs de binnenste ijsmanen niet mogelijk waren. Inmiddels bevindt Cassini zich in een min of meer equatoriale omloopbaan.

    Op de opname die Cassini van Iapetus maakte, zijn diverse details zichtbaar. Op de opname rechtsonder (in het donker) ligt een enorm bekken dat Turgis heet. Links daarvan zie je een iets kleinere krater Falsaron. De twee kraters net boven het midden zijn Roland en Turpin. Aan de rand helemaal (midden)rechts, is de rand van krater Naimon te zien.

  • Cassini maakte mooie opnamen Rhea
    9 april 2015 - NASA

    Cassini maakte op 9 februari 2015 twee opnamen van Rhea met een tussentijd van een half uur.

    De afstand van Cassini tot Rhea was toen ongeveer 50.000 tot 80.000 kilometer.

    Op 16 maart 2015 begon Cassini officieel aan zijn banen om de evenaar van Saturnus en houdt deze baan gedurende de rest van dit jaar vast.

    De afgelopen twee jaar draaide Cassini zijn banen voornamelijk over de poolgebieden van Saturnus, waardoor, behalve Titan, de overige manen van Saturnus bijna niet in beeld kwamen.

    Cassini vliegt in 2015 vier keer langs Titan, twee keer langs Dione en drie keer langs Enceladus.

  • LHC hersteld
    2 april 2015 - CERN

    De kortsluiting die was ontstaan in de Large Hadron Collider (LHC) is opgelost en de volledige herstart is nabij.

    Iets meer dan een week geleden was er kortsluiting in de bedrading van een van de magneten. Van de drie mogelijke reparatiemethoden kozen de technici in deeltjesfysica-instituut Cern voor het doorbranden van het metaaldeeltje dat de machine verstoorde.

    Tijdens het opstarten van de LHC raakte een metaaldeeltje los en kwam vast te zitten in de diode van een van de supergeleidende magneten. Deze diode is in geval van nood, verantwoordelijk voor het afvoeren van de gigantische hoeveelheden energie – tot wel 12.000 ampère – die door supergeleidende kabels loopt.

    Als deze energie in de magneten verdwijnt door een storing, warmen ze te veel op. De diodes voorkomen dat, door de energie een alternatief circuit in te leiden en maken zo onderdeel uit van het veiligheidssysteem.

    Het stukje metaal zat vast in de verbinding tussen een magneet en zijn diode. Technici onderzochten met behulp van röntgenstraling de omvang van het probleem en besloten dat ze het metaaldeeltje gingen smelten. Het deeltje werkte namelijk als een stop: het weerhield de doorloop van stroom. Een hogere hoeveelheid stroom zou het deeltje laten smelten.

    Het werkte. Ze stuurden bijna 400 ampère door de diode in slechts een paar milliseconden en het metaaldeeltje verdween als sneeuw voor de zon.

    Vandaag bevestigden de technici dat de kortsluiting inderdaad was verdwenen. Ze zullen nog enkele controletests uitvoeren om de sector van de kortsluiting opnieuw groen licht te geven voor de opstart van de machine. Na de tests zetten ze de laatste stappen voor de volledige herstart en is de grootste deeltjesversneller ter wereld klaar voor zijn nieuwe zoektocht naar elementaire deeltjes.


  • Opstarten LHC uitgesteld
    25 maart 2015 - NOS

    De herstart van de deeltjesversneller, LHC van het CERN in Genève is door wetenschappers uitgesteld, met deze deeltjesversneller is het Higgsdeeltje ontdekt.

    Op 25 maart 2015 zou de installatie weer in bedrijf worden genomen, maar in de bedrading van een van de grote elektromagneten is kortsluiting ontstaan.

    Het CERN denkt dat het zeker een paar dagen, tot mogelijk weken duurt voor de LHC (Large Hadron Collider) weer in bedrijf genomen kan worden.

    Na de ontdekking van het Higgsdeeltje in 2012 werd de LHC uitgeschakeld zodat er verbeteringen konden worden aangebracht.

    Als alles weer werkt kan de LHC protonen laten botsen met bijna twee keer zo veel energie als voor de werkzaamheden.

    Deeltjesfysici hopen dat ze daarmee meer te weten komen over het standaardmodel, waarin de elementaire deeltjes en krachten worden beschreven. Ze hopen onder meer op aanwijzingen voor het al dan niet bestaan van donkere materie.

    Het is niet de eerste keer dat er problemen zijn met de LHC. Zo was er in 2008 een lekkage, waardoor het twee jaar langer duurde voor de eerste experimenten konden worden uitgevoerd.

    De ontwerpers en bouwers hebben er geregeld op gewezen dat er bij de grootste machine die ooit is gebouwd geen haast gemaakt kan worden, omdat de machine gevoelig is voor storingen.


  • Enceladus heeft heetwaterbronnen
    14 maart 2015 - NASA

    Onderzoek met de Ion and Neutral Mass Spectrometer, INMS van Cassini wijst erop dat microscopisch kleine rotsdeeltjes die in de ruimte rond Saturnus zijn gemeten, afkomstig zijn van hydrothermale activiteit in het inwendige van de maan Enceladus.

    De deeltjes ontstaan waarschijnlijk op plekken waar heet, mineraalrijk water uit de rotskern van Enceladus in contact komt met koud water. De deeltjes zijn al in 2004 voor het eerst gemeten. Uit een nauwkeurige analyse van de metingen blijkt dat ze bestaan uit siliciumdioxide, dat op aarde het hoofdbestanddeel is van zand en kwarts.

    Deze hydrothermale activiteit lijkt op de activiteit welke voorkomt bij heetwaterbronnen op de bodem van de Atlantische Oceaan.

    Dat de deeltjes afkomstig zijn van hydrothermale bronnen, wordt afgeleid uit hun geringe afmetingen: 6 tot 9 nanometer. Op aarde worden bij heetwaterbronnen op de bodem van Atlantische Oceaan ook zulke deeltjes gevormd.

    Vermoed wordt dat de kleine deeltjes worden meegevoerd met het water dat door de ijsfonteinen van Enceladus wordt uitgestoten. Dat water is afkomstig van een ongeveer tien kilometer diepe oceaan, die onder een ongeveer dertig kilometer dikke ijskorst ligt. Het ontsnapt via scheuren in het ijs rond de zuidpool van Enceladus.

    Het hete water zit vol met mineralen uit de rotsachtige kern van Enceladus, het stijgt op en komt dan in contact met kouder water. Als dat water minstens 90°C warm is kunnen de kleine korreldeeltjes ontstaan, die vervolgens via de scheuren in de dikke ijskorst naar buiten gaan.

    De tocht van de deeltjes vanaf de bodem via de oceaan door het ijs, ongeveer 50 km bij elkaar, duurt naar schatting enkele maanden tot enkele jaren. Zou dit langer duren dan zouden de deeltjes groter moeten zijn, door aangroei van mineralen, maar dat is niet gemeten.

    Er is ook methaan gemeten in de gas- en ijsdeeltjes, die op een geiser in het zuidpoolgebied van Enceladus naar buiten zijn gekomen.


  • Ganymedes heeft ondergrondse oceaan
    14 maart 2015 - Hubble

    Onder het oppervlak van de grootste maan van Jupiter, Ganymedes, bevindt zich een enorme oceaan vol zout water. Volgens de NASA is er waarschijnlijk meer water te vinden dan op aarde. Water is belangrijk bij de zoektocht naar mogelijkheden voor buitenaards leven.

    Ganymedes is de grootste maan in ons zonnestelsel. Hij is groter dan Mercurius en bijna 3,5 keer zo groot als onze maan. Ganymedes is zo groot, dat hij een eigen magnetisch veld heeft, net als de zon en de planeten. Dat magnetische veld veroorzaakt op Ganymedes poollichten, net zoals op aarde.

    De ruimtetelescoop Hubble heeft deze aurora's onderzocht. Als je de poollichten op een bepaalde manier bekijkt, leer je iets over het magnetische veld. Als je het magnetische veld kent, weet je iets over het binnenste van de maan, verklaart hoofdonderzoeker Joachim Saur.

    Doordat Ganymedes zich dicht bij Jupiter bevindt, heeft het magnetische veld van Jupiter invloed op deze maan. Wanneer het magnetische veld van Jupiter verandert, schommelen de poollichten van Ganymedes heen en weer.

    Uit de schommelbeweging van de beide poollichten hebben wetenschappers nu afgeleid dat zich een grote hoeveelheid zoutwater onder de korst van Ganymedes moet bevinden, die haar magnetische veld beïnvloedt.

    Het magnetische veld van Jupiter veroorzaakt een secundair magnetisch veld in de oceaan, dat het veld van Jupiter tegenwerkt. Deze magnetische wrijving onderdrukt het schommelen van de poollichten. Hierdoor is de waargenomen periodieke trilling van de schommeling nog maar twee graden. Als er geen oceaan was, zou dat zes graden zijn.

    Wetenschappers denken dat er ook water is op Enceladus, een van de manen van Saturnus. Op Titan, een andere maan van Saturnus, is ook een oceaan. Niet van water, maar van vloeibare ethaan en methaan. Op aarde zijn dat gassen, maar op Titan worden de stoffen vloeibaar door de extreme kou.


  • Leven mogelijk op Titan op methaan- en stikstofbasis?
    14 maart 2015 - Science Advances

    Onderzoekers van de Cornell Universiteit (VS) hebben een model samengesteld van een levensvorm, die afwijkt van het leven zoals dat op aarde voorkomt en die in staat zou zijn te kunnen bestaan onder de barre omstandigheden van Titan bij Saturnus, waar vloeibaar methaan in grote meren en als neerslag voorkomt bij een temperatuur van -180 °C.

    Het is een levensvorm die zonder zuurstof werkt en die gebaseerd is op stikstofverbindingen die gedijen in een omgeving van vloeibaar methaan.

    Het zou een celmembraan hebben van ongeveer 9 nm groot – zo groot als de kleinste virussen – en het zou bestaan uit organisch stikstof.

    De wetenschappers noemen de cel azotosoom. Azotosoom zou een stofwisseling hebben en in staat zijn zich voort te planten, net zoals leven op aarde.
    Het Franse woord azotosome verwijst naar stikstof. Naast stikstof komen in azotosoom ook moleculen van koolstof en waterstof voor.

    Vervolgonderzoek moet uitwijzen of zulke cellen theoretisch ook in staat zijn tot stofwisseling en reproductie.

    De onderzoekers hopen dat ze in de toekomst door een missie naar Titan kunnen laten zien dat hun levensvorm echt bestaat.


  • DAWN op bezoek bij dwergplaneet Ceres
    6 maart 2015 - NASA

    Voor het eerst in de geschiedenis van de ruimtevaart arriveert vandaag een ruimtesonde bij een dwergplaneet. NASA-verkenner DAWN komt na een reis van ruim zeven jaar in een baan rond Ceres, een bol van 975 kilometer doorsnee, vier keer zo klein als de maan.

    De meeste planeten in ons zonnestelsel hebben al ruimtesondes voorbij zien komen. Ceres, in 1801 ontdekt, is een uitzondering. Het dwergplaneetje maakt deel uit van de planetoïdengordel tussen Mars en Jupiter.

    Ceres heeft zijn status van dwergplaneet sinds 2006. Toen besloot de Internationale Astronomische Unie dat er een aparte categorie moest komen voor ronde hemellichamen die kleiner zijn dan echte planeten, maar groter dan de duizenden onregelmatig gevormde ruimterotsen in het zonnestelsel.

    De manoeuvres die DAWN vandaag moet maken zijn voor de vluchtleiding niet zo zenuwslopend als bijvoorbeeld de landing van Marslander Curiosity in 2012 of de aankomst van Rosetta bij komeet 67P/C-G. De sonde hoeft namelijk geen raket te ontsteken om af te remmen.

    DAWN beweegt zich ongeveer even snel als de dwergplaneet en in dezelfde richting. Een kleine manoeuvre is genoeg om in het zwaartekrachtveld van Ceres te worden gevangen. Als dat is gebeurd, stuurt DAWN in de loop van de dag een signaal naar de aarde.

    Nederland heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de sonde. Airbus Defence and Space (voorheen Dutch Space) in Leiden heeft de zonnepanelen gebouwd die DAWN van energie voorzien.

    De zonnepanelen doen het nog steeds prima, zegt Rob van Hassel van het ruimtevaartbedrijf. Eens in de zoveel tijd worden ze getest om te zien of ze genoeg vermogen leveren.

    DAWN heeft vrij veel stroom nodig, omdat de sonde een bijzondere aandrijving heeft: een ionenmotor. Die is veel minder krachtig dan motoren die op traditionele raketbrandstof werken, maar wel efficiënter. De ionenmotor wordt geladen door de zonnepanelen. Om extra stroom te leveren hebben ze een flink formaat. Het zijn de grootste zonnepanelen die NASA ooit met een onbemande sonde de ruimte heeft ingestuurd.

    Eenmaal in een baan om Ceres kan DAWN beginnen met het ontrafelen van de mysteries rond de dwergplaneet. Een van die raadsels draait om het water op Ceres. Astronomen weten dat de dwergplaneet voor een groot deel uit water bestaat, maar onduidelijk is hoeveel daarvan vloeibaar is.

    Sommige wetenschappers denken dat zich onder een laag ijs een oceaan bevindt, net als bij enkele manen van Jupiter en Saturnus, en daarin kan zich theoretisch buitenaards leven hebben ontwikkeld.

    DAWN zal de samenstelling van Ceres onderzoeken en het oppervlak in kaart brengen. Wetenschappers hopen dat er dan meer duidelijk zal worden.

    Onderzoekers zijn ook benieuwd naar de oorzaak van twee heldere vlekken in een krater op het oppervlak. Die zijn te zien op beelden die DAWN in februari maakte. Mogelijk is een reflecterend materiaal verantwoordelijk voor de heldere stippen, zoals ijs of bepaalde mineralen.

    Volgens NASA-onderzoeker Carol Raymond waren de vlekken een grote verrassing voor zijn onderzoeksteam. Het is duidelijk dat er ontdekkingen plaatsvinden. We zullen Ceres in detail te zien krijgen.


  • Zwaar zwart gat ontdekt in vroege heelal
    3 maart 2015 - Carnegie Science

    Astronomen uit China en de VS hebben door waarnemingen met de Sloan Digital Sky Survey een enorm zwart gat (SDSS J0100+2802) ontdekt dat eigenlijk veel te oud is voor het heelal.

    Het moet al zo'n 900 miljoen jaar na de oerknal zijn ontstaan, terwijl zo'n gigantisch natuurfenomeen eigenlijk meer tijd nodig zou hebben gehad om zich te vormen. Niet eerder is op zo'n grote afstand zo'n extreem zwaar zwart gat gevonden.

    Ze ontdekten het zwarte gat op 12,8 miljard lichtjaar van de aarde. Het is twaalf miljard keer zwaarder dan onze zon, 3000 keer zo zwaar als het zwarte gat in onze eigen Melkweg.

    Het zwarte gat is zichtbaar in een ultra-lichtsterke quasar, een wolk superheet gas in de kern van een ver verwijderd sterrenstelsel, dat evenveel licht geeft als 420 biljoen zonnen. Dat is 40.000 keer feller dan de hele Melkweg.

    Tot nu toe gingen wetenschappers ervan uit dat dit soort grote zwarte gaten niet mogelijk waren, omdat ze ontstaan aan het einde van de levenscyclus van een grote ster. Men nam aan dat er nog niet voldoende tijd voorbij was om dat proces door te maken.

    Volgens de onderzoekers, die de ontdekking presenteerden in het vakblad Nature, is dit uniek. Als een enorm krachtige vuurtoren werpt deze ontdekking licht op hoe het vroege universum eruitzag.

    Hoe kan zo'n heldere quasar en een zwaar zwart gat zo vroeg en snel zijn ontstaan na de vorming van de eerste sterren en sterrenstelsels.

    Mogelijk is het zwarte gat ontstaan toen twee zwarte gaten in elkaar opgingen. Een andere verklaring kan zijn dat de eerste sterren vele malen groter waren dan gedacht.


  • Rosetta vliegt dicht langs komeet Churyumov-Gerasimenko
    18 februari 2015 - ESA

    Rosetta is op 14 februari op een afstand van 6 kilometer langs het oppervlak van komeet Churyumov-Gerasimenko gevlogen. De dichtste nadering was om 13.41 uur Nederlandse tijd, boven een gebied dat Imhotep is genoemd.

    Op de opnames die Rosetta maakte zijn rotsen van enkele tientallen centimeters groot te onderscheiden, waaronder grote rotsblokken en cirkelvormige structuren die iets hoger liggen dan het omringende terrein. De grootste rots bovenin rechts op de foto is Cheops genoemd.

    De komende weken worden meerdere scheervluchten uitgevoerd op iets grotere afstand, tussen 15 en 100 kilometer.

    Komeet Churyumov-Gerasimenko bevindt zich nu op ongeveer 345 miljoen kilometer afstand van de zon. De komeetkern begint door de invloed van de zonnewarmte langzaam steeds actiever te worden, er vormen zich meer geisers van gas en stof.

    Rosetta blijft met de komeet mee vliegen, ook wanneer hij op 13 augustus 2015 de kleinste afstand, 186 miljoen kilometer, tot de zon bereikt.

    De precieze locatie van de lander Philae is nog steeds niet vastgesteld. ESA blijft hopen dat de lander later dit voorjaar weer tot leven zal komen, wanneer hij meer zonlicht opvangt zodat de batterijen opgeladen kunnen worden.


  • Aardkern bestaat uit twee delen
    10 februari 2015 - Nature

    De kern van de aarde blijkt ingewikkelder dan gedacht. Wetenschappers uit China en de VS ontdekten dat de binnenste kern uit twee delen bestaat.

    Tot nu toe ging men ervan uit dat het gebied onder de aardkorst uit drie delen bestond: buitenste deel ongeveer 5000 kilometer aan gesmolten steen (magma), dan een laag gesmolten ijzer en nikkel en tenslotte een bol (kern) gestold ijzer en nikkel, iets kleiner dan de maan.

    Nu blijkt dat die bol uit twee delen bestaat. In de buitenste ring liggen de ijzerkristallen in noord-zuidrichting, terwijl ze in het absolute centrum meer in een oost-westlijn staan.

    Of er ook nog andere verschillen bestaan, bijvoorbeeld of het ijzer daar een andere vorm heeft, wordt nog onderzocht.

    De onderzoekers deden hun ontdekking door te meten hoe schokgolven van aardbevingen door verschillende aardlagen liepen. Ze vergelijken hun methode met het maken van een echo tijdens een zwangerschap.

    Het onderzoeksteam hoopt dat de ontdekking meer kan vertellen over de geschiedenis van de aarde. Zo zou het kunnen betekenen dat de twee lagen op verschillende momenten in de vorming van de aarde zijn ontstaan.


  • Hubble ziet drievoudige maanovergang bij Jupiter
    7 februari 2015 - Hubble

    De Hubble ruimtetelescoop heeft in de nacht van 23 op 24 januari de overgang van drie manen van Jupiter (Europa, Callisto en Io) vastgelegd.

    De vier grootste manen van Jupiter zijn aan het begin van de zeventiende eeuw ontdekt door de Italiaanse wetenschapper Galileo Galilei. Ze hebben omlooptijden die wisselen van 2 tot 17 dagen, wat betekent dat er regelmatig een maan voor Jupiter langs gaat. Maar drie manen tegelijk gebeurt maar één of twee keer in de tien jaar en is toch wel bijzonder. Vier manen tegelijk is niet mogelijk.

    De vorige overgang was op 12 oktober 2013. De volgende drievoudige schaduwovergang is op 20 maart 2032.


  • SRON geeft geld voor twee onderzoeken:
    Middelgrote zwarte gaten en MOSAIC
    4 februari 2015 - SRON

    Peter Jonker gaat met zijn groep onderzoeken of of middelgrote zwarte gaten bestaan. Dit is een van de grote raadselen van de hoge-energiefysica.

    Sterrenkundigen denken dat deze middelgrote zwarte gaten- met een massa van honderden tot wel honderdduizend zonmassa's - vroeg in het heelal moeten zijn ontstaan uit de eerste generatie van supersterren of enorme gaswolken die tot zwarte gaten ineenstortten.

    De ruimte rond melkwegstelsels en ook de ruimte rond ons eigen melkwegstelsel, zou er dan vol mee moeten zitten. Er zijn wel sterke aanwijzingen voor het bestaan van middelgrote zwarte gaten, maar nog geen direct bewijs.

    Met ruimtetelescoop Gaia en de grootste telescopen op aarde willen de sterrenkundigen objecten en verschijnselen bestuderen die alleen ontstaan kunnen zijn door toedoen van een middelgroot zwart gat.

    Het gaat hierbij om weggeslingerde supercompacte sterrenhopen, rode superreuzen die extreem heldere röntgenbronnen voeden en witte dwergen die door getijdenkrachten uit elkaar worden getrokken.

    Jonker zoekt naar sterren die zich in de invloedssfeer van een kandidaat-middelgroot zwart gat bevinden. Door hun bewegingen te meten kan hij de massa ervan vaststellen.

    Het zou een doorbraak zijn als het bestaan van een middelgroot zwart gat wordt bewezen, maar het onderzoek geeft ook mogelijkheden voor de zoektocht naar signalen van donkere materie-deeltjes.

    Middelgrote zwarte gaten staan aan de basis van kosmische rampen die gravitatiegolven veroorzaken. Tenslotte zijn middelgrote zwarte gaten voor een belangrijk deel de groeikernen en bouwstenen van superzware zwarte gaten.

    Jochem Baselmans gaat met zijn groep werken aan de ontwikkeling, bouw en ingebruikname van MOSAIC (Multi Object Spectrometer with an Array of superconducting Integrated Circuits). MOSAIC wordt een revolutionair instrument dat het emissiespectrum van maar liefst 25 submillimeter-melkwegstelsels tegelijkertijd én over een enorme bandbreedte kan meten.

    De huidige instrumenten kunnen dit niet, wat een systematische studie van het enorme aantal submillimeterstelsels ondoenlijk maakt.

    Submillimeterstelsels zenden straling uit op golflengten tussen infrarood- en radiostraling en zijn verantwoordelijk voor de kosmische ver-infrarood achtergrondstraling. We weten heel weinig van deze stelsels, omdat we deze niet in andere golflengtegebieden kunnen waarnemen.

    MOSAIC stelt ons in staat om gedetailleerde spectra te meten van veel van dergelijke stelsels op de submillimetergolflengtes, wat ons veel leert over de evolutie van sterrenstelsels en ons in staat stelt om de afstand tot deze stelsels te meten.

    Het hart van MOSAIC bestaat uit een array van 25 pixels die submillimeterstraling opvangen in een frequentiegebied van 325-905 GHz. Elk pixel heeft een antenne, die in staat is om de waarnemingsrichting aan te passen. Dit stelt MOSAIC in staat om elk pixel onafhankelijk op een individueel sterrenstelsel te richten. Achter de antenne zit een spectrometer die met een hoge resolutie (R=500) het spectrum van het melkwegstelsel meet.

    Al deze functionaliteiten zijn gecombineerd in één chip, die gebaseerd is op supergeleidende nanotechnologie. Dit is wat MOSAIC technologisch mogelijk en uniek maakt.

    MOSAIC wordt ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Delft en de Sterrewacht Leiden. De waarnemingen zullen worden gedaan op de Japanse telescoop ASTE in Chili.


  • Komeet 67P/C-G bestaat mogelijk uit twee delen
    25 januari 2015 - ESA

    Gegevens van Rosetta laten zien dat de gasuitstoot van de komeet anders is dan verwacht. De Rosetta-metingen laten zien dat komeet 67P het ene moment veel waterdamp uitstoot en een ander moment koolstofdioxide. Dit kan het gevolg zijn van de veranderende temperatuur van het ijs, maar het is ook denkbaar dat er iets anders aan de hand is: komeet Churyumov-Gerasimenko bestaat uit twee delen, verbonden door een smalle nek en deze vorm kan een belangrijke rol spelen bij de waargenomen verschillen in de gasuitstoot.

    Door de draaiing van de komeet is de ene keer het ene deel naar de zon gericht en dan weer de andere deel. Als de wisselende samenstelling van de coma een beeld geeft van de samenstelling van de vaste kern van de komeet, dan kan het zijn dat de komeet is ontstaan bij een botsing tussen twee kleinere hemellichamen die uit verschillende delen van het zonnestelsel afkomstig waren.

    Of, zo blijkt uit waarnemingen van Rosetta, dat komeet 67P/C-G met name in de nekregio veel gas en stof verliest. Het kan ook zijn dat komeet 67P niet uit twee hemellichamen is opgebouwd, maar is begonnen als één hemellichaam en dat het middelste deel van dat hemellichaam steeds dunner is geworden.

    Gehoopt wordt dat bij de kleinste afstand tot de zon op 13 augustus er meer duidelijk wordt over zijn samenstelling. De gasuitstoot is nu flink aan het toenemen.

    De onderzoekers hebben een deel van het oppervlak in negentien regio’s verdeeld. Deze negentien regio’s zijn weer onderverdeeld in vijf categorieën die iets zeggen over het oppervlak, met stof bedekt, een groot dal, of glad-, broos- of rotsachtig terrein. De gebieden zijn genoemd naar Egyptische goden.

    Onderzoekers hadden verwacht op het oppervlak van 67P/C-G vrij complexe moleculen aan te treffen, maar op het oppervlak van de komeet bevindt zich voornamelijk het vrij simpele koolwaterstof.

    Dit geeft ons meer inzicht in hoe op koolstof gebaseerde moleculen zijn ontstaan en zich door het zonnestelsel hebben verspreid. Dit betekent dat kometen de bouwstenen voor het leven naar de aarde kunnen hebben gebracht.

    Tot de verbindingen die zijn ontdekt behoren o.a. carbonzuren, die onder juiste omstandigheden aminozuren kunnen vormen. Aminozuren zijn op hun beurt weer bouwstenen van eiwitten en belangrijk voor het leven op aarde zoals wij dat kennen. RNA en DNA zijn ook opgebouwd uit ketens van aminozuren.

    Ook blijkt de kern van de komeet veel poreuzer te zijn dan gedacht en op het oppervlak bevindt zich veel minder ijs.


  • Large Hadron Collider klaar voor Run 2
    23 januari 2015 - CERN

    Na een periode van twee jaar, waarin de protonenbotsingen moesten stoppen vanwege grote herstelwerkzaamheden, is de Large Hadron Collider (LHC) van het Europese onderzoeksinstituut CERN, bij Genève, klaar om vanaf maart 2015 weer van start te gaan voor Run 2.

    Door de upgrade is de energie van de protonenbundels verdubbeld tot 6,5 tera electronvolt (TeV) per bundel, dus de botsingsenergie wordt dan zelfs 13 TeV.

    De 27 km lange buis is voorzien van nieuwe magneten, die deze hogere energieën mogelijk maken, er loopt dan 12.000 ampère door die buis. Met dit energieniveau verlegt LHC de grenzen voor de natuurkunde en van toekomstige ontdekkingen.

    In december 2014 gingen de 154 supergeleidende dipoolmagneten in sector 6-7 van de LHC al aan (ongeveer 1/8e van de gehele ring) en is de gehele buis afgekoeld tot 1,8 K, iets boven het absolute nulpunt. Tijdens Run 1, die liep van 23 november 2009 t/m 14 februari 2013, werd met de CMS- en ATLAS-detectoren, welke verbonden zijn aan de LHC, het higgsdeeltje ontdekt.

    Met Run 2, die drie jaar gaat duren, wil men meer over de eigenschappen van dat deeltje te weten komen. Ook wil men antwoord krijgen op de vraag waarom er meer materie dan antimaterie in het heelal is en wat nou precies donkere materie is.


  • Landing Huygens op Titan tien jaar geleden
    15 januari 2015 - JPL/NASA

    14 januari 2015 was het 10 jaar geleden dat de Huygens na een afdaling van twee uur landde op Titan. Na de landing gaf de Huygens nog een uur lang gegevens door tot de batterij leeg was.

    De Cassini-Huygens missie begon in 1982 en 23 jaar later landde Huygens op Titan.

    Klik hier voor een vernieuwde video van de landing van de Huygens.


  • Acht planeten in leefbare zone ontdekt
    11 januari 2015 - Harvard Center for Astrophysics

    Amerikaanse sterrenkundigen hebben acht exoplaneten ontdekt die zich in de bewoonbare zone van hun ster bevinden. Exoplaneten zijn planeten die om andere sterren dan onze zon draaien.

    Volgens astronoom Guillermo Torres is het merendeel van deze planeten waarschijnlijk rotsachtig. Twee van de acht zijn zelfs de meest aardachtige exoplaneten die tot nog toe zijn gevonden.

    We weten niet zeker of deze planeten ook bewoonbaar zijn, maar het is heel goed mogelijk.

    De twee aardachtige planeten krijgen de namen Kepler-438b en Kepler-442b. Ze draaien allebei om rode dwergsterren. Deze sterren zijn kleiner en minder heet als onze zon.

    Een jaar duurt op Kepler-442b ongeveer 112 dagen. Kepler-438b draait een stuk sneller om zijn ster: daar duurt een jaar maar 35 dagen. De planeten zijn niet veel groter dan de aarde. Kepler-442b is ongeveer een derde groter, terwijl 438b slechts 12% groter is.

    Het aantal bekende kleine planeten (minder dan twee keer de doorsnede van de aarde) dat zich in de leefbare zone bevindt, was hiervoor op twee handen te tellen. De nieuwe planeten zijn gevonden door Nasa’s Kepler Space Observatory.

    Uit de metingen bleek ook dat vier van de nieuwe planeten zich in een zonnestelsel bevinden met meerdere sterren, maar in ieder geval staat een van de sterren zo ver weg dat hij de planeet nauwelijks beïnvloedt.

    Om als bewoonbaar te worden beschouwd moeten planeten op zo'n afstand van hun ster staan dat er vloeibaar water op het oppervlak van de planeet kan voorkomen.

    In ons zonnestelsel vallen alleen de aarde en Mars in de bewoonbare zone.


  • DAWN en Ceres
    5 januari 2015 - JPL/NASA

    DAWN komt 6 maart aan bij dwergplaneet Ceres. In 2011 en 2012 heeft DAWN 14 maanden banen gedraaid om planetoide Vesta.

    De afgelopen weken bevond DAWN zich, gezien vanaf de aarde, achter de zon, waardoor radiocommunicatie niet mogelijk is. Nu dit voorbij is, zijn de opdrachten verstuurd om aan te komen bij Ceres.

    Ceres heeft een doorsnede van 950 kilometer en is het grootste hemellichaam in de planetoïdengordel tussen de banen van Mars en Jupiter.

    Officieel is Ceres geclassificeerd als dwergplaneet. De inwendige opbouw is heel anders dan die van Vesta: Ceres heeft een dikke mantel van ijs en mogelijk een ondergrondse oceaan. Na enkele ingewikkelde baanmanoeuvres (met behulp van zijn ionenmotor) zal DAWN op 6 maart in een omloopbaan rond Ceres worden gebracht.

    Tot op heden weten we weinig over Ceres. Hopelijk brengt DAWN daar verandering in, door tijdens deze missie informatie over de dwergplaneet te verzamelen.

    DAWN is ongeveer 640.000 kilometer verwijderd van de dwergplaneet en nadert Ceres met een snelheid van 725 kilometer per uur.
    DAWN zal al in januari op afstand de eerste foto's maken van Ceres.


  • Opportunity last van geheugenverlies
    24 december 2014 - Phys.org

    Opportunity krijgt na elf jaar rijden op Mars steeds meer last van storingen in het flashgeheugen van computer. Dit geheugen is een van de zeven opslageenheden, de andere zes werken wel goed. NASA gaat in januari via een omweg werken met de overige zes opslageenheden.

    Het is niet vreemd dat er problemen optreden met het flashgeheugen. Opportunity rijdt in januari 2015 al elf jaar op Mars. Dat is 44 keer langer dan de oorspronkelijke duur van de missie, namelijk drie maanden.

    Niet alleen Opportunity, maar ook de uitgeschakelde Spirit had last van geheugenproblemen. Het is wel jammer dat er steeds meer belangrijke instrumenten van Opportunity uitvallen, maar nog nooit eerder reed een voertuig zo ver op een andere planeet dan de aarde.


  • Venus Express missie ten einde
    16 december 2014 - ESA

    De brandstof van de satelliet is op en sinds eind november verlies Venus Express hoogte, waarna de satelliet in december in de atmosfeer van Venus verbrand.

    ESA heeft tussen 25 en 30 november nog geprobeerd om met opdrachten de Venus Express enkele manoeuvres uit te laten voeren. Deze manoeuvres moesten de satelliet in een hogere baan rond Venus brengen, waardoor de missie nog 2015 zou halen. Maar op 28 november 2014 verloor ESA na een acht jaar durende missie het contact met de Venus Express. Het laatste beetje brandstof was verbruikt en zonder brandstof is het onmogelijk om de satelliet stabiel en op de aarde gericht te houden voor communicatie. Ook kon Venus Express geen hoogte meer houden en zakt steeds dieper in de atmosfeer van Venus.

    De komende tijd zullen nieuwe ontdekkingen gedaan worden die gebaseerd zijn op de grote verzameling gegevens. Onlangs nog de ontdekking dat Venus misschien nog vulkanisch actief was.