Albert Einstein was een bekende Amerikaanse wis- en natuurkundige van Duitse afkomst.

Einstein is vooral bekend geworden door het opstellen van de relativiteitstheorie. Hiervoor ontving hij in 1921 de Nobelprijs voor de natuurkunde.

Albert Einstein werd op 14 maart 1879 geboren in Ulm, een stad in het zuiden van Duitsland.
Hij stierf op 18 april 1955 in Princeton in Amerika.

In het dagelijks leven wordt de naam Einstein verbonden met grote intelligentie en het gezicht van Einstein is één van de bekendste gezichten ter wereld.

In 1905 bedacht Einstein de beroemdste formule aller tijden: E=mc².

Deze formule is in 2005, het Einsteinjaar, heel precies gecontroleerd door natuurkundigen uit Amerika, Frankrijk en Groot-Brittannië op basis van nauwkeurige metingen.

De conclusie was dat eventuele afwijkingen op Einsteins berekeningen op zijn hoogst 0,00004% bedragen.

Uitleg van de formule:

• "E" betekent energie, een voorwerp kan energie bevatten die er later uit kan komen. Als je een balletje in je handen hebt en dit laat vallen komt er hoogte-energie vrij, het balletje krijgt snelheid.
  
  Hoe hoger je het balletje laat vallen, hoe meer hoogte-energie, hoe harder het balletje valt.
  
  Een ander voorbeeld is inwendige energie, als je een kaars aansteekt, komt de energie vrij als licht en warmte.
  
  Een andere formule is: t=^a/_s , tijd is afstand gedeeld door snelheid.
  
  De tijd (van A naar B) is de afstand gedeeld door de snelheid.
• "m" staat voor massa, de massa geeft aan hoeveel een voorwerp op aarde weegt.
  Weeg je op aarde 50 kilogram dan is je massa 50 kilogram, ook in de ruimte blijft je massa 50 kilogram.
  
  Je kunt een kilo water verdampen, maar de waterdamp die dan ontstaat weegt ook weer een kilo.
  Met de formule van Einstein kun je uitrekenen hoeveel energie er vrijkomt als je een voorwerp met een bepaalde massa toch volledig zou laten verdwijnen.
  
• "c" betekent de snelheid van het licht, een lichtstraal kun je je voorstellen als allemaal lichtkogeltjes die heel snel in een rechte lijn bewegen.
  
  De snelheid van zo'n lichtdeeltje is 300.000 kilometer per seconde, de 2 die bij de "c" hoort, c², betekent "c" keer "c" of c kwadraat, en is altijd hetzelfde: een 9 met zestien nullen.

De formule zegt dus: als je massa laat verdwijnen, ontstaat er een bepaalde hoeveelheid energie.

Massa is eigenlijk een soort opgeslagen vorm van energie, andersom kan ook: met energie kun je massa maken.