Ariël is ontdekt door William Lassell op 24 oktober 1851.
De maan is vernoemd naar een karakter uit een gedicht van Alexander Popes, net als de maan Umbriël.
De doorsnede van Ariël is 1158 kilometer, en de afstand tot Uranus is 191.020 kilometer.
Ariël draait in 2,5 dag rond Uranus.
Ariël bestaat voor ongeveer 50% uit ijs, 30% gesteente en 20% bevroren methaan.
De temperatuur is gemiddeld -216 °C.
Ariël (en Titania) wordt doorsneden door ravijnen, ontstaan door scheuren en bewegingen in de ijskorst.
De Hubble Space Telescope heeft op 26 juli 2006 onderstaande opname gemaakt van een astronomisch verschijnsel,
dat nog nooit door een mens is waargenomen, een zeldzame schaduwovergang bij Uranus.
Op de foto is te zien hoe de maan Ariël voor Uranus langs trekt
en daarbij zijn schaduw op het wolkendek van de planeet werpt.
Schaduwovergangen van manen zijn bij Jupiter en Saturnus vaker te zien, de manen van Uranus draaien
op een dusdanige manier rond de planeet, dat ze heel zelden schaduwen veroorzaken.
Dit komt omdat Uranus een gekantelde planeet is en de manen dus ook op dezelfde manier draaien
als Uranus, hierdoor bewegen zijn manen vanaf de aarde gezien zelden voor de planeet langs.
De laatste keer dat de omstandigheden gunstig waren, was in 1965, maar de telescopen van die tijd
waren echter niet krachtig genoeg om een schaduwovergang te onderscheiden en vast te leggen.
Ariel is een ijzige maan en heeft 1/3 van de grote van onze maan.
De komende tijd is de stand ten opzichte van de zon gunstig en zullen ook andere manen
hun schaduwen over Uranus werpen, namelijk Umbriël, Titania en Oberon.