Kepler Telescope
Op zaterdagochtend 7 maart 2009 om 04.50 uur Nederlandse tijd is Kepler met succes gelanceerd vanaf het Kennedy Space Center in Florida.

NASA gaat met ruimtetelescoop Kepler op zoek naar planeten zoals de aarde. De satelliet is eerst in een lage baan rond de aarde gebracht, daarna wordt hij door de derde rakettrap sterk versneld om aan het zwaartekrachtsveld van de aarde te ontsnappen en in een eigen baan om de zon terecht te komen. Kepler gaat de komende 3½ jaar op zoek naar rotsachtige exoplaneten.

Tot nu toe zijn ongeveer 350 exoplaneten gevonden, maar de meeste zijn veel groter dan de aarde en te heet.
Om leven te kunnen vormen is vloeibaar water nodig.

De Kepler is vernoemd naar de Duitse astronoom Johannes Kepler. De telescoop zoekt naar aardeachtige planeten, omdat wetenschappers ervan uitgaan dat alleen daar leven mogelijk is.


Links: Kepler klaar voor vertrek. Rechts: Lancering van Kepler

De planeet moet niet te heet en niet te koud zijn, een vaste structuur en vloeibaar water hebben en net zo ver van zijn ster staan als de aarde van de zon, ongeveer 150 miljoen kilometer.

Ook moeten de ster en de planeet ongeveer even groot zijn als de zon en de aarde.
Om dit te vinden zal Kepler ruim drie jaar ongeveer honderdduizend sterren in de sterrenbeelden Zwaan en Lier onderzoeken.


Wanneer een planeet voor een ster langs gaat, kan de Kepler waarnemen dat het licht van de ster iets minder fel wordt.

De Kepler is zo speciaal dat als hij 's nachts naar een dorp op aarde zou kijken, hij zou kunnen zien dat de straatverlichting iets dimt als iemand er voorbij loopt.

De Kepler telescoop heeft sinds 8 april 2009 vrij uitzicht op het heelal.
De ovale stofkap, 1,7 bij 1,3 meter groot, is toen met succes afgestoten.


Afstoting stofkap van Kepler

De stofkap moest tijdens de lancering de gevoelige optiek en elektronica beschermen.
De weken erna werden de detectoren van de Kepler-telescoop nauwkeurig gesteld en begonnen de wetenschappelijke waarnemingen.