Neutronenster
In een neutronenster zitten de kerndeeltjes, de neutronen, stijf opeengepakt, zo bieden ze weerstand aan de enorme zwaartekracht en hebben meestal een doorsnede van 20 tot 30 kilometer.

Neutronensterren kunnen een magnetisch veld hebben dat wel 50 miljard keer zo sterk is als een klein magneetje.

Maar als de neutronenster te zwaar is, wel 5 keer zo zwaar als de zon, dan stort de ster in elkaar, wat overblijft is een zwart gat. Een theelepel van deze ster weegt wel duizend miljard kilogram.


Een neutronenster

Een explosie op 9 mei 2005 duurde slechts 40 milliseconden op een afstand van 2,7 miljard lichtjaar.

Uit de waarnemingen van de nagloeiers kon de positie en de afstand worden bepaald.
Het blijkt dat de korte flitsen zwak zijn en in oudere sterrenstelsels ontstaan.

Soms draaien neutronensterren heel snel rond, soms wel honderden keren per seconde.
Ze zenden regelmatige golven van radiostraling uit, die op aarde worden opgevangen.

De lengte van de golven wisselen van iets meer dan een milliseconde tot enkele seconden.

Als deze neutronensterren ontdekt worden (de eerste in 1967) heten ze pulsars.